Aansprakelijkheid ex artikel 2:248 BW; invulling boekhoudplicht

Aansprakelijkheid op grond van artikel 2:248 BW, onder meer wegens schending van de boekhoudplicht. Het verweer dat verschillende vennootschappen ook boekhoudkundig als één werden gezien slaagt niet. Elke vennootschap is een op zichzelf staande entiteit en de vennootschappen in de groep kunnen niet in feite vereenzelvigd worden omdat nu eenmaal een en dezelfde persoon uiteindelijk belanghebbende is.

Bestuurdersaansprakelijkheid na turboliquidatie

Een makelaar vordert jegens Pizza Hut Nederland nakoming van een overeenkomst, en jegens de bestuurder van de BV die de schuld van Pizza Hut Nederland heeft overgenomen schadevergoeding vanwege bestuurdersaansprakelijkheid. De kantonrechter wijst de vordering tegen Pizza Hut Nederland af in verband met een schuldovername. De vordering tegen de bestuurder wordt toegewezen.

Vordering tot vernietiging overeenkomst is ten onrechte gericht tegen bestuurders in plaats van de vennootschap

Het hof wijst een tegen bestuurders ingestelde vordering tot vernietiging van een overeenkomst af, omdat deze niet is gericht tot de vennootschap die partij was bij de rechtshandeling (art. 3:51 lid 2 BW). Bestuurders krijgen gelegenheid om te reageren op nieuwe stellingen inzake bestuurdersaansprakelijkheid.

Dealer van jachten moet ondanks beroep op verrekening resterende koopprijs betalen en bestuurders zijn aansprakelijk tegenover de boedel

Koper en doorverkoper van een jacht is niet bevoegd tot verrekening nadat de curator de incassobevoegdheid heeft ingetrokken en moet daarom alsnog het openstaande deel van de koopprijs betalen. Voor bestuurders moest duidelijk zijn dat de koopprijs door de opgezette betalingsconstructie niet betaald kon worden, zodat zij aansprakelijk zijn tegenover de boedel.

Andere belangrijke oorzaak (art. 2:248 lid 2 BW) onvoldoende onderbouwd

Een op de voet van artikel 2:248 lid 2 BW aangesproken bestuurder die zich verweert met een beroep op een andere belangrijke oorzaak moet, wanneer de curator hem verwijt dat hij heeft nagelaten het intreden daarvan te voorkomen, een voldoende concreet feitelijk verhaal stellen tegenover dit ‘nalaat-verwijt’.

Rechtbank Rotterdam acht zich relatief bevoegd te oordelen op vordering curator tot medewerking aan het royement van een hypotheekrecht

Curator kan een beroep doen op domiciliekeuze in hypotheekakte, zodat de rechtbank Rotterdam bevoegd is kennis te nemen van zijn vorderingen.

Beroep op Tijdelijke wet COVID-19 SZW en JenV faalt

Tijdelijke wet COVID-19 SZW en JenV is niet bedoeld voor partijen waarbij een oplossing van hun financiële problemen stagneert vanwege COVID-19.

Afwijzing faillissementsverzoek

Hof wijst een faillissementsverzoek af, omdat de vordering van verzoekster na de zitting maar voor het wijzen van de uitspraak (onder protest) is betaald.

Afwijzing faillissementsverzoek vanwege coronagerelateerde omstandigheden.

Verweerster wordt hard geraakt door de coronacrisis. Van verzoekster mag daarom worden verwacht dat zij instemt met de aangeboden betalingsregeling. Omdat zicht is op betaling binnen enkele maanden, verkeert verweerster niet in de faillissementstoestand.

Artikel 29 Fw is ook van toepassing op tijdens het faillissement ingestelde rechtsvorderingen.

Artikel 29 Fw is ook van toepassing als tijdens faillissement een rechtsmiddel wordt ingesteld. Gaat het om een faillissementsvordering, dan moet de instantie waarbij het rechtsmiddel is ingesteld het geding schorsen.