Curator/Ministerie LNV

Curator heeft zijn administratieve verplichting om gegevens te verstrekken uit hoofde van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet niet nageleefd. Het ministerie van LNV heeft curator daarvoor terecht een dwangsom opgelegd.

Curator PODC c.s./FQFS

Caribische zaak. Ten aanzien van het onder haar gestorte geld kan de escrow agent zich er niet op beroepen dat aan de voorwaarden voor uitbetaling niet is voldaan. Zij heeft naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid geen rechtens te respecteren belang bij een beroep op een betaalschema tussen de rechthebbenden.

Appellant/De weigerachtige schuldeisers

Bevel aan schuldeisers om in te stemmen met minnelijke schuldregeling. De weigerende schuldeisers hebben een relatief klein aandeel in de totale schuldenlast. Daarnaast is het aanbod van de schuldenaar het uiterste waartoe hij financieel in staat is. Voorts hebben de overige schuldeisers belang bij de effectuering van de regeling, omdat vaststaat dat zij dan op korte termijn een deel van hun vordering betaald krijgen.

Savelkoul q.q./Management B.V.

Er kan uit hoofde van concernverband jegens de curator geen beroep gedaan worden op kwijtschelding of verrekening, en de stelling dat sprake is van een geconsolideerde afwikkeling van het faillissement doet daaraan niet af. Nu de figuur van de geconsolideerde afwikkeling niet wettelijk is geregeld, moeten per geval de vragen beoordeeld worden die in verband met een dergelijke afwikkeling rijzen.

Curator CSH Uitzendbureau/X

In het kader van het door de curator gevorderde civielrechtelijke bestuursverbod dienen ook de overige vennootschappen waarvan gedaagde bestuurder is hun zienswijze als bedoeld in artikel 106c Fw te geven. Nu deze vennootschappen failliet zijn, zal aan de betrokken curator om een zienswijze worden gevraagd, omdat de mogelijkheid van een doorstart van de vennootschap, bijvoorbeeld door het aanbieden van een akkoord, nog bestaat.

Verzoek tot faillietverklaring (art. 1 Fw) afgewezen. Niet summierlijk gebleken van een toestand van te hebben opgehouden met betalen van verweerster.

Rabobank Utrecht/LCS SAS

Derdenwerking van forumkeuze. Na mededeling van het pandrecht valt onder de inningsbevoegdheid van de pandhouder ook het aanhangig maken van een procedure bij het door de pandgever en de debitor cessus als bevoegd aangewezen gerecht ter verkrijging van een titel met betrekking tot de verpande vordering.

Buddingh q.q./Ontvanger

Executoriaal beslag op leaseauto door Ontvanger ten laste van Luc BV voor openstaande belastingschuld. Juridisch eigendom van de auto ligt bij de leasemaatschappij. Luc BV failleert. De Ontvanger bericht de curator dat hij zijn beroep op zijn verhaalsrecht in artikel 22a Iw handhaaft, tenzij de belastingschuld wordt voldaan. Auto uiteindelijk executoriaal verkocht met instemming van de leasemaatschappij; executieopbrengst deels verrekend met belastingschuld, deels uitgekeerd aan leasemaatschappij en het overige is voldaan aan de boedel. Curator spreekt Ontvanger aan tot betaling van een bedrag ter hoogte van de belastingschuld wegens onrechtmatig handelen van de Ontvanger, dan wel ongerechtvaardigde verrijking. Rechtbank wijst de vordering af en veroordeelt de curator in de proceskosten.

Transcor/OWB NL e.a.

Faillissement OWB NL na levering van olie aan zeeschip door Transcor. Transcor spreekt het niet verschenen OWB NL en de kapitein van het zeeschip (Barker Hill) aan tot betaling van de vordering en legt beslag op het schip. UK Club garandeert nakoming door OWB NL en Barker Hill. Barker Hill verstrekt de UK Club een vrijwaring. OWB NL faillieert en Barker Hill betaalt de openstaande vordering voor de olie aan de pandhouder. Rechtbank wijst vordering van Transcor tot nakoming t.a.v. OWB NL toe, met een titel die slechts ten uitvoer kan worden gelegd op vermogensbestanddelen die niet tot de boedel van OWB NL behoren. Rechtbank oordeelt tevens dat Transcor onrechtmatig zou handelen indien het deze vordering zou verhalen op de UK Club, waardoor Barker Hill als gevolg van de vrijwaring dubbel voor de olie zou betalen.

Pensioenfonds Zorg en Welzijn/Curadomi c.s.

Pensioenfonds vordert achterstallige pensioenpremie van gefuseerde lichamen en bestuurders. Bestuurder niet aansprakelijk voor betalingsonmacht, ondanks aanwezigheid van een wettelijk vermoeden van kennelijk onbehoorlijk bestuur in artikel 23 lid 2 Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000. Rechtbank ziet geen onrechtmatig handelen door bestuurder wegens verkoop van onderneming door activatransactie. Nieuwe debiteur had toekomstperspectief en de ontvangen koopprijs is reëel; Beklamel-aansprakelijkheid afgewezen. De rechtbank wijst ook de vordering op de gefuseerde lichamen af. Een overgang van onderneming en juridische fusie stuiten verjaring niet; beroep op verjaring ex artikel 3:308 BW door gefuseerde rechtspersoon slaagt. Zaak aangehouden.