De balanstest bij uitkeringen en de inkoop van eigen aandelen moet worden verricht op basis van de laatst vastgestelde jaarrekening. Met wenk
In een procedure tegen de (voormalige) aandeelhouders van twee vennootschappen voert de curator van die vennootschappen aan dat de bepaalde verrichte (dividend)uitkeringen en de inkoop van eigen aandelen nietig zijn wegens strijd met de wet en de statuten van de desbetreffende vennootschap, althans onrechtmatig zijn jegens de gezamenlijke schuldeisers. De jaarrekening zou fouten bevatten en zonder die fouten had duidelijk moeten zijn dat het eigen vermogen van de vennootschap ontoereikend zou zijn geweest voor de uitkeringen en de inkoop, in de zin van artikel 2:216 (oud) BW en artikel 2:207 (oud) BW. Het hof oordeelt anders, namelijk dat van nietigheid geen sprake is, omdat de vennootschappen wel degelijk over voldoende beschikbare winst en aangewende reserves beschikten. Deze verplichte balanstest dient te worden verricht op basis van de laatst vastgestelde jaarrekening. De gewraakte transacties zijn evenmin onrechtmatig jegens de gezamenlijk schuldeisers, aangezien de daarvoor vereiste wetenschap van benadeling ontbreekt.
Gerechtshof Den Haag (Locatie Den Haag), 05-07-2022