Bakker q.q./Noweka

De grondslag waarop door de gefailleerde voor het faillissement geld beschikbaar is gesteld aan de wederpartij vormt een civielrechtelijke rechtsverhouding. Voor de beoordeling van die rechtsverhouding is het fiscaalrechtelijke begrip 'informele kapitaalstorting' niet relevant, maar moet primair worden uitgegaan van de boeken en administratie van de desbetreffende rechtspersoon.

Strafrecht. Ontneming na vrijspraak? Uit het wettelijk systeem moet worden afgeleid dat het ontbreken van een veroordeling wegens een strafbaar feit aan de ontvankelijkheid van een ontnemingsvordering (art. 36e lid 1 Sr) in de weg staat.

Shamrock Vastgoed c.s./Limberger q.q.

Naar het oordeel van het hof heeft de rechtbank terecht overwogen dat de beslissing om de complete marge naar een andere vennootschap te laten wegvloeien op zichzelf kan worden aangemerkt als onbehoorlijk bestuur (art. 2:248 lid 1 BW).

Appellant/Curator

Met appellant is het hof van oordeel dat de de curator zijn vordering wegens beweerdelijke benadeling van de vennootschap niet met een deugdelijke feitelijke grondslag heeft onderbouwd.

Strafrecht. Toekenning van ontnemingsvordering nu sprake is van veroordeling wegens het ter bedrieglijke verkorting van de rechten van schuldeisers onttrekken van vermogen aan de gefailleerde. Het begunstigen van de vennootschap waarvan veroordeelde DGA was, kan als wederrechtelijk verkregen voordeel in privé worden toegerekend.

Gemeente Tiel c.s./Stichting Job Lanceer c.s.

De gemeenten hebben niet voldaan aan hun verplichting om aan te geven waaruit de wanprestatie van de zorgaanbieder bestaat, zodat niet aan aansprakelijkheid van haar bestuurder wegens een persoonlijk ernstig verwijt wordt toegekomen.

Strafrecht. Ontnemingsvordering in faillissement veroordeelde toewijsbaar? Het OM is in die vordering ontvankelijk hoewel een tijdens faillissement onherroepelijk geworden ontnemingsvordering niet-verifieerbaar is. Dat neemt immers niet weg dat de vordering mogelijk ten laste van de gefailleerde persoonlijk geïnd kan worden op het verschil tussen het door de rechter-commissaris in het faillissement vast te stellen ‘vrij te laten bedrag’ en de beslagvrije voet.

Strafrecht. Vast staat dat verdachte zich als bestuurder van twee bedrijven schuldig heeft gemaakt aan het onttrekken van gelden en goederen uit de boedel van die bedrijven kort voordat die bedrijven failliet zijn verklaard. Verdachte zag het faillissement aankomen. Aldus heeft verdachte op bedrieglijke wijze de rechten van de schuldeisers van die bedrijven verkort.

Vriezen q.q./Gedaagden c.s.

Voor goede trouw van artikel 54 Fw kan een beroep gedaan worden op het vooruitzicht dat de wederpartij in afgeslankte vorm blijft voortbestaan. Die goede trouw komt te vervallen op het moment dat er ernstige financiële problemen zijn waardoor een gehuurd bedrijfspand moet worden verlaten en de bedrijfsactiviteiten op het moment van (het beroep) op verrekening wegvallen.

Curator is niet gehouden stallingskosten te betalen voorafgaand aan de gedwongen afgifte van een goed door een retentor.